21 oktober 2020 - 5 min. lezen
2 reacties 2

Vaak horen we in het weerpraatje dat er een bepaalde luchtsoort naar onze regio wordt gestuurd. Polair maritieme lucht en tropische continentale lucht zijn een aantal van deze voorbeelden. Maar wat betekenen deze benamingen juist? Van waar komen deze soorten winden en welk weer leveren ze ons op? In onderstaand artikel bespreken we elk van de verschillende luchtsoorten die ons kunnen bereiken.

Deelnemen aan discussie? Ben je geïnteresseerd om deel te nemen als weeramateur of liefhebber van het weer aan het weerforum? Onderaan dit artikel krijg je bliksemsnel & gratis toegang tot alle reacties. Je kan ook je eigen weerfoto’s opladen.

Onderverdeling naargelang land en zee (vochtigheidsgraad)

Allereerst bekijken we het verschil tussen continentale en maritieme luchtsoorten. Het onderscheid is hier vrij simpel: continentale lucht wordt aangevoerd van over het continent, terwijl maritieme lucht van oorsprong van over de zee komt. Maritieme lucht beslaat dan vaak de windrichtingen zuidwest tot noordwest en is vaak vochtig, terwijl continentale lucht eerder windrichtingen tussen noord, via oost, naar zuid beslaat en droger is:

  • Maritieme lucht vindt zijn oorsprong boven de oceaan, voor ons de Atlantische oceaan en is vaak vochtig.
  • Continentale lucht komt van over het continent, bij ons dus het Europese vasteland en is vaak droog met minder kans op wolkenvorming.
Het verschil tussen maritieme en continentale lucht.

Onderverdeling naargelang brongebied (temperatuur)

Naast de onderverdeling maritiem en continentaal, is er nog een andere opdeling mogelijk. Deze beslaat eerder het klimaat van het oorsprongsgebied. Men spreekt in dit geval over arctische, polaire en tropische luchtsoorten:

  • (Sub)tropische lucht ontstaat in de subtropische gebieden, voor ons dus tussen 15° en 45° NB (weetje: er bestaat twijfel tussen de terminologie in de vorm van “tropische” en “subtropische” lucht, de benaming zou eigenlijk beter subtropische lucht zijn, maar de term “tropisch” is ondertussen dusdanig bekend dat men deze benaming verkiest).
  • Polaire lucht ontstaat op de middelhoge breedtegraden, voor ons dus tussen 45° en 70° NB.
  • Arctische lucht ontstaat bij de polen, voor ons is dat dus gebieden noordelijker dan 70° NB.
Het verschil tussen arctische, polaire en (sub)tropische lucht.

Verschillende luchtsoorten in de Benelux en bijbehorend weerbeeld

Nu we weten hoe de luchtsoorten onderverdeeld worden, kunnen we ze gaan combineren. Welke verschillende luchtsoorten zijn er nu en van waar komt de wind? We onderscheiden de luchtsoorten die bij ons het meeste voorkomen als:

  • Continentaal (sub)tropisch: dit is zuidelijke lucht afkomstig van Noord-Afrika of vanuit Zuidoost-Europa. Zowel in de zomer als in de winter wordt hierbij zeer zachte en vaak ook droge lucht aangevoerd (bijvoorbeeld een Spanish Plume). In vele gevallen gaat dit dan ook gepaard met WAA (warm air advection) en soms zelfs met het föhneffect ten noorden van onze Ardennen. Meestal betreft het ook vrij zonnig weer, met een hoge UV-index in de zomer. Ook kan het in bepaalde gevallen stof uit de Sahara mee brengen.
  • Continentaal polair: dit is oostelijke lucht afkomstig van Oost-Europa of Rusland. In de winter geeft die eerder aanleiding tot koude temperaturen, terwijl het in de zomer vanuit die hoek vaak warm kan worden. Door het continentale karakter is de lucht vaak ook droog. Een voorbeeld is de luchtstroming bij een “Scandihoog” of “Russische beer“. Dit gaat meestal gepaard met een negatieve NAO en AO index.
  • Maritiem (sub)tropisch: zuidwestelijke winden lucht afkomstig van de Azoren en de en regio ten zuidwesten van Europa. Dit is de meest gebruikelijke luchtsoort in onze streken. Zowel in de winter als zomer geeft dit het typische wisselvallige Belgische en Hollandse weerbeeld, met stapelbewolking en/of (frontale of buiige) neerslag. Dit komt door de combinatie van het typische Azorenhoog en een lagedrukgebied nabij IJsland. In sommige gevallen gaat dit gepaard met duidelijke WAA (warm air advection). Dit gaat meestal gepaard met een positieve NAO en AO index.
  • Maritiem polair: west- tot noordwestelijke winden afkomstig van de noordelijke Atlantische Oceaan. Geeft fris weer in de zomer en kan in de winter aanleiding geven tot stevige winterse buien. Door de hoge vochtigheid van deze luchtsoort is mist dan ook geen zeldzaam fenomeen.
  • Maritiem arctisch: noordelijke afkomstig van de hoogste breedtegraden en die ons bereiken van over zee. Dit geeft vaak aanleiding tot koud weer met bewolking en neerslag. In dit soort stromingen kan bijvoorbeeld een “Polar Low” ontstaan. In vele gevallen gaat dit ook gepaard met CAA (cold air advection). In het voorjaar kan deze luchtsoort ook zorgen voor maartse buien en aprilse grillen.
  • Continentaal arctisch: dit is noordoostelijke lucht die ons bereikt via Scandinavië of Siberië. In de winter geeft die eerder aanleiding tot koude temperaturen, terwijl het in de zomer vanuit die hoek ook vrij fris blijft. Door het continentale karakter is de lucht vaak ook droog. In vele gevallen gaat dit ook gepaard met CAA (cold air advection).
De verschillende luchtsoorten.
Het dominante weerbeeld afhankelijk van de luchtsoort.

We vertellen er nog bij dat een bepaalde luchtsoort niet altijd hetzelfde weerbeeld oplevert. Onder bepaalde omstandigheden kan het bij een oostelijke wind ook flink regenen, denk maar aan Ostgewitter en hoogtelaag boven Centraal-Europa. De bespreking hier schetst een indicatie van het meest gebruikelijke weerbeeld en dient dus zo geïnterpreteerd te worden.

Yoni

Door Yoni

Afgestudeerd geograaf aan de KULeuven en doctorandus binnen klimatologie/glaciologie aan de VUBrussel. Binnen NoodweerBenelux ben ik vooral bezig met het schrijven van artikels en het programmeren van tools om bepaalde weerelementen te voorspellen.


Verder lezen

Alles bekijken