3 januari 2021 - 5 min. lezen
5 reacties 5

De overgang van 2020 naar 2021 verliep bij ons in de Benelux rustig, maar dat was wel anders in het zeegebied tussen Azië en Noord-Amerika. Storm na storm trok van west naar oost over de Stille Oceaan. Het is nog niet voorbij. Mogelijk krijgen ze daar zelfs te maken met één van de zwaarste stormen ooit!

Deelnemen aan discussie? Ben je geïnteresseerd om deel te nemen als weeramateur of liefhebber van het weer aan het weerforum? Onderaan dit artikel krijg je bliksemsnel & gratis toegang tot alle reacties. Je kan ook je eigen weerfoto’s opladen.

Lagedrukgebied bij de Aleoeten

In het noordelijke deel van de Stille Oceaan komen ‘s winters eigenlijk vrijwel altijd stormen voor. Net zoals bij ons is er dan vaak een sterke westelijke stroming. Onder invloed van de straalstroom kunnen lagedrukgebieden worden meegevoerd in die stroming.

Op de Stille Oceaan gaat het net zo. Voor onze omgeving ligt het lagedrukgebied vaak in de buurt van Schotland of IJsland. Op de Stille Oceaan zien we dit lagedrukgebied meestal terug bij de Aleoeten. Dat is een eilandenboog die helemaal doorloopt van Alaska naar het zuidwesten.

Een kaart van de Aleoeten. Bij de vulkanische eilandenboog ligt vrijwel permanent een lagedrukgebied.

Het lagedrukgebied ligt in het winterseizoen gemiddeld gezien in het oostelijke deel van de Aleoeten. In combinatie met de westelijke straalstroom betekent dit dat er gemakkelijk stormen gevormd worden. Die kunnen snel over de Stille Oceaan naar Noord-Amerika trekken.

Trein aan stormen op de Stille Oceaan

De afgelopen week trok echter het ene na het andere lagedrukgebied in rap tempo van Japan naar het oosten. Deze stormen op middelbare breedten (d.w.z. tussen de tropen en de poolgebieden) ontstaan in de winter vaak door een combinatie van luchtsoorten. Boven Siberië is het in de winter heel koud.

Een bel gevuld met deze koude Arctische lucht zakt gewoonlijk af richting het Russische schiereiland Kamsjatka. Daar vindt een ontmoeting plaats met geadvecteerde subtropische lucht ten zuiden van Japan. Daar is het zeewater het hele jaar rond de 30°C. Waar deze twee luchtsoorten botsen, zal een lagedrukgebied ontstaan.

Weerbom

Dit proces deed zich ook afgelopen week voor in die regio. Echter waren er nu allerlei factoren die ervoor zorgden dat de storm sterker was dan andere stormen.

In Siberië lagen de temperaturen de afgelopen weken extreem laag, met een aantal dagen met temperaturen lager dan -55°C. Het zeewater ten zuiden van Japan is juist 1 tot 2 graden warmer dan normaal.

Tegelijkertijd lag de straalstroom op de plek waar de twee luchtsoorten elkaar ontmoetten. De straalstroom is daar uitzonderlijk sterk vergeleken met normaal. Dat is toe te schrijven aan de La Niña. Door het extreem grote verschil in temperatuur van de luchtmassa’s en de invloed van de Pacifische straalstroom kon het lagedrukgebied zeer snel uitdiepen.

Van dinsdag 29 tot woensdag 30 december daalde de kerndruk erg snel. In slechts 30 uur tijd daalde de kerndruk van 1008 hPa naar 960 hPa. Een verschil van maar liefst 48 hPa. Dat is een ongezien tempo. Zelfs bij orkanen zien we zo’n scherpe daling van luchtdruk maar zelden. We noemen zo’n storm ook wel een weerbom. De kerndruk moet daarvoor tenminste 24 hPa dalen in 24 uur.

Recordwaarden

Ook nadat de storm was uitgegroeid tot weerbom bleef de kerndruk verder dalen in nagenoeg hetzelfde tempo. Tegen donderdagavond (onze tijd) werd de laagste waarde bereikt. Met 921 hPa is er een nieuw record gezet voor laagste luchtdruk in die regio.

Opmerkelijk is ook dat deze storm daarmee op de valreep nog terecht komt in de top 3 zwaarste stormen van 2020 (wereldwijd). Enkel orkanen Eta (923 hPa) en Iota (917 hPa) registreerden vergelijkbare waarden. Het is uitzonderlijk dat er een storm van niet-tropische oorsprong in de buurt komt.

De laatste keer dat er in het gebied een vergelijkbare storm op komst was, was in 2014. Toen trokken de restanten van supertyfoon Nuri over dat gebied.

Gevolgen van de storm op de Stille Oceaan

Naast de indrukwekkende luchtdrukwaarden zijn er meer bijzondere aspecten van deze zeer zware storm. De windsnelheden rezen behoorlijk de pan uit. De windsnelheden bereikten lokaal orkaankracht, een windkracht 12 dus. Daarnaast waren er windstoten tussen 180 en 200 km/u.

Voor de Aleoeten bracht de storm ook zeer hoge golven mee. De hoogste golven waren wel 15 meter.

Een ander opmerkelijk gevolg van de storm was dat de Arctische lucht werd uitgeblazen over Japan. Er werden zelfs kouderecords gebroken en er viel veel sneeuw. Dat komt door het zogenaamde “lake snow effect”. De koude lucht streek namelijk over het relatief warme water van de Japanse Zee.

Het lijkt erop dat het nog niet gedaan is met de stormen in die regio. De straalstroom is nog steeds sterk en we zien ook nu nog een paar stormen op de weerkaarten.

Pim

Door Pim

Student Bodem, Water, Atmosfeer aan de Wageningen Universiteit (Nederland). Van jongs af aan ben ik al gepassioneerd door het weer! Mijn focus ligt op het schrijven van artikels rond tropische stormen.


Verder lezen

Alles bekijken