27 mei 2020 - 6 min. lezen
0 reacties 0

De droogte heeft het nieuws de laatste weken al sterk getekend. Daarbij passeren weleens termen zoals ‘ergste droogte in x jaar’ of ‘sterker dan een droogte die eens om de 50 jaar passeert’. Die termen worden echter nogal gemakkelijk gebruikt. Het zijn echter statistische concepten waar meer achter zit en die hun beperkingen hebben. Beperkingen die door klimaatverandering groter kunnen worden… In deze blog bespreekt onderzoeker Jorn Van de Velde van de UGent de statistiek van het weer en van droogtes.

Deelnemen aan discussie? Ben je geïnteresseerd om deel te nemen als liefhebber van het weer en klimaat aan het weerforum? Onderaan dit artikel krijg je bliksemsnel & gratis toegang tot alle reacties. Je kan ook je eigen weerfoto’s opladen.

“Eens om de X jaar”

Misschien heb je bij voorbijgaande berichten over droogte weleens deze onderstaande figuur zien passeren van prof. Patrick Willems van de KULeuven. Het is een figuur die de huidige droogte in België vergelijkt met eerdere droogtes, maar ook met enkele theoretische droogtes.

Deze theoretische droogtes (de grijze lijnen op de figuur) komen eens om de 50, 20 en 2 jaar voor. Het is duidelijk: de huidige droogte is heviger dan wat er ‘eens om de 50 jaar voorkomt’. ‘Eens om de 50 jaar’ klinkt stevig, dus is het interessant om eens te bespreken wat dat eigenlijk betekent en waarom dat niét betekent dat de volgende droogte 50 jaar op zich zal laten wachten.

  • Komt er binnenkort neerslag? Meet deze via de pluviometer in de tuin. Liever niet dagelijkse de pluviometer controleren? Dan is een automatisch weerstation met internetconnectie een aanrader.
Neerslagtekort op 15 mei. (Prof Patrick Willems, KUL)

Statistiek van het weer

Het begint allemaal bij statistiek. Hoewel statistiek voor velen een nare bijklank heeft of herinneringen opwekt aan lastige (her)examens, is het een tak van de wiskunde die levensnoodzakelijk is om de wereld om ons heen beter te begrijpen.

Door de statistieken van het verleden bij te houden, kunnen we inschatten hoe sterk een bepaalde gebeurtenis is, of hoe groot de kans is dat deze gebeurtenis snel terugkeert. Althans: dat ging gemakkelijk, tot de klimaatverandering roet in het eten begon te gooien.

  • Zelf ook het weer kunnen voorspellen voor vrienden en familie. Dit boek helpt je stap voor stap op weg.

We kunnen van alle weerfenomenen, en in feite van alles dat in de natuur voorkomt, de statistieken bijhouden: de hoeveelheid regenbuien, het aantal regenbuien, de lengte van periodes zonder regen of, zoals nu het geval is, de neerslagtekorten.

Als we dat vele jaren na elkaar doen, kunnen we uit de lijst die we zo verkrijgen, de meest extreme gebeurtenissen halen. In principe doen we dat meestal door per jaar de meest extreme gebeurtenis te selecteren. Die extreme gebeurtenissen kunnen dan gesorteerd worden.

Een overstroming na een periode met zeer intense neerslag.

Stel dat we de meest extreme jaarlijkse regenbuien van de voorbije 50 jaar geselecteerd en gesorteerd hebben. De ‘minst hevige’ extreme regenbui wordt in alle andere jaren overtroffen en komt dus in feite elk jaar voor. De hevigste storm komt in die 50 jaar juist één keer voor.

Statistisch wil dat zeggen dat de ‘minst hevige’ regenbui (die nog steeds extreem is en voor problemen kan zorgen) elke jaar 100% kans maakt om voor te komen. De stevigste regenbui kwam 1/50 keer voor, of in 2% van de jaren. Dat wil zeggen dat ze dus ook élk jaar 2% kans maakt om voor te komen.

Beperkte datareeks

Dat voor extremen zoals de regenbuien die ik als voorbeeld aanhaalde, de term ‘terugkeertijd’ gebruikt wordt, kan dus heel bedrieglijk overkomen. Dit geeft in feite een vals gevoel van veiligheid. Terugkeertijd geeft immers de schijn dat wanneer we net een zeer zware storm gehad hebben, of zoals nu, een droogte meemaken, dat die het volgende jaar niet meer zal voorkomen. Het geeft een indruk van hoe ernstig een bepaalde gebeurtenis is, maar met de exacte vertaling moet uitgekeken worden.

We werken daarnaast altijd met onvolledige informatie: in België wordt er nu gesproken van de ‘ergste droogte in 119’ jaar, omdat 119 jaar geleden een deel van de metingen begon (in het KMI te Ukkel) die we nu ook nog gebruiken. Als er 5 jaar daarvoor een hevige droogte was, zit die niet in de statistieken, hoewel het omgekeerde wel een groot effect zou kunnen hebben.

Statistiek van droogtes

Dit soort berekeningen wordt doorgaans gebruikt om rioleringen, bruggen, dijken… te ontwerpen. Dat is dus voor neerslag. De laatste jaren hebben ons echter geleerd dat ze ook voor droogtes nodig zijn. Aangezien neerslagtekorten al unieke jaarlijkse extreme gebeurtenissen zijn, moeten we ze niet meer per jaar selecteren, maar kunnen we gewoon de neerslagtekorten van de voorbije jaren sorteren.

Het is daarbij echter dat het klimaatveranderingsschoentje knelt: afhankelijk van welke jaren we selecteren en hoe ver we teruggaan, krijgen we een heel ander beeld. Als we de 20e eeuw zouden gebruiken voor de berekeningen, zou de droogte van 1976 er als sterkste uitkomen.

Droogte op de Friese Wad. (Harmen Piekema)

De laatste jaren hebben we echter een aantal droogtes meegemaakt die heel dichtbij deze van 1976 komen of deze zelfs overtreffen; plots is dat jaar niet zo uniek meer. Enkel de laatste jaren gebruiken om te rekenen zal ook niet werken: dit zijn te weinig jaren om statistisch redelijke uitspraken te doen.

Wat we wel kunnen doen, is onze huidige droogtes vergelijken met de statistieken van de 20e eeuw, zoals op de figuur in het begin van het artikel. Als we dat doen, is het duidelijk dat we in vergelijking met ‘toen’ in veel extremere omstandigheden zitten.

  • Heeft je gazon te lijden onder de hitte en droogte? Deze tuinslang kunnen we sterk adviseren om vlot te besproeien waar nodig.

Klimaatverandering verschuift de extremen

We zitten dus met een probleem: de extremen verschuiven. Dat maakt het heel moeilijk om iets te zeggen over de toekomst, en maakt het idee van een ‘terugkeertijd’ nog lastiger: zolang het klimaat blijft opwarmen, zullen droogtes en hittegolven blijven toenemen. Een droogte die vorig jaar nog ‘eens om de 50 jaar’ voorkwam, of dus elk jaar 2% kans maakte om voor te komen, zal volgend jaar misschien al 5% kans hebben om voor te komen. Of zelfs 10%.

Er zijn methodes om hier meer rekening mee te houden, maar dit zijn heel recente ontwikkelingen. Klimaatmodellen helpen ons wel om hier uitspraken over te doen. Dit is echter tegen het einde van de eeuw pas zeer interessant. Op korte termijn spelen er veel verschillende effecten mee, waardoor we alleen maar de weerberichten en kortetermijnvoorspellingen goed kunnen opvolgen en zien wat er op ons af komt.

Klimaatverandering verschuift de extremen.

Sommige linkjes bevatten affiliate

Gastblog

Door Gastblog

Expert in weer en klimaat of een ander boeiende niche in de wetenschap? Geregeld worden wetenschappers aan het woord gelaten via een gastblog.


Verder lezen

Alles bekijken

Weersverwachting Ronde van Vlaanderen 2024

3 uren geleden - 6 min. lezen
13

Natte lente na een El Niño-winter

4 dagen geleden - 7 min. lezen