25 september 2019 - 6 min. lezen 7 reacties

Het hydrologische zomerseizoen loopt nu echt op zijn eind. Voor het derde jaar op rij berichtten de media niet alleen over hittegolven, maar ook over droogtes die voelbaar waren in onze streken. Wat is er aan de hand? Wat is daar de oorzaak van en hoe staan we ervoor in de toekomst? VUB doctoraatsstudente en hydrologe Inne Vanderkelen zocht het voor ons uit en schreef een gedetailleerde blog. De focus ligt hierbij deze keer op de België.

Normale cyclus van waterbevoorrading

In België zijn de neerslaghoeveelheden vrij gelijkaardig per maand in een gemiddeld jaar, met een paar kleine verschillen: zo is april klassiek de droogste maand en december de natste, met een verschil van om en bij de 30 mm.

In het algemeen kan de neerslag die in de winter valt in de bodem dringen en zo de grondwatertafel voeden. In de zomer, is het warmer en is er meer verdamping. Hierdoor wordt de grondwatertafel niet langer gevoed, maar bouwen zich klassiek tekorten in grondwater op. Die worden op hun beurt weer aangevuld in de winter. Dit is de natuurlijke, jaarlijkse cyclus van regen-, oppervlakte- en grondwater.

De voorbije drie jaar is er minder neerslag gevallen dan anders. In 2017 en 2018 liepen de jaarlijkse neerslagtekorten op tot respectievelijk 300 en 350 mm. Dit laatste deed zich gemiddeld eens om de 40-50 jaar voor.


Jaarlijkse neerslaganomalie voor 2017 en 2018. Bemerk de verschillende kleurenschaal. (meteo.be)

Op dit moment hebben we een neerslagtekort van ongeveer 300 mm. De laatste drie jaren zijn dus drie droge jaren geweest. Als het in de winter niet voldoende regent om het neerslagtekort weg te werken, nemen we het neerslagtekort mee naar de volgende zomer. Daarom is het niet abnormaal dat droge jaren elkaar opvolgen. Ook nu is het watertekort zo groot, dat er een grote kans is dat het zal blijven bestaan, tenzij we een natte herfst, winter én lente krijgen.

Neerslaganomalie voor de lente en zomer van 2019. Bemerk de verschillende kleurenschalen. (meteo.be)

Een droogte wordt niet alleen gekenmerkt door een langere periode met weinig of geen neerslag. Ook de stand van het grondwater is een belangrijke indicator van het watertekort. Als voorbeeld: de buien die augustus gebracht heeft, waren genoeg om de planten te bewateren, maar hebben amper het diepe bodemvocht en het grondwater aangevuld.

De relatieve toestand van de grondwatertafel (2018-08-08 tot 2019-09-08); percentage van de meetplaatsen met een zeer lage, lage, normale, hoge of zeer hoge grondwaterstand (https://www.dov.vlaanderen.be/page/actuele-grondwaterstandindicator)

Zo zijn de grondwaterstanden sinds begin september op ca. 65 % van de locaties ‘zeer laag’ en op 25 % ‘laag’ voor de tijd van het jaar, vergeleken met de gemiddelde waarden voor de tijd van het jaar. De relatieve stand van de grondwatertafel is gedurende het voorbije jaar heel de tijd ‘zeer laag’ geweest voor ongeveer 25% van de meetstations.

De actuele grondwaterstanden in Vlaanderen kun je opvolgen op de website van ‘Databank Ondergrond Vlaanderen’, alsook statistieken over de voorbije maanden.

Brussel en Vlaanderen zijn waterschaars gebied

Waar we weinig bij stilstaan is het feit dat – zelfs zonder droogte – Vlaanderen en Brussel (en in mindere mate Nederland) bij de meest waterschaarse gebieden behoren.

Zo staat België op de 23ste plaats van 164 landen wereldwijd gerangschikt volgens ‘waterschaarste’, in een rapport van ‘The World Resource Institute‘ dat deze zomer verscheen. Vlaanderen valt zelfs in de categorie ‘extreme waterschaarste’, als enige regio in Centraal Europa. Ze baseren zich hiervoor op de beschikbaarheid van zowel oppervlakte- als grondwater. Nederland staat 50 plaatsen verder op de lijst.


Waterschaarste in Europa (berekend door het World Resource Institute)

De voornaamste redenen voor de hoge ranking van Vlaanderen zijn de hoge bevolkingsdichtheid, die maakt dat er minder water per capita beschikbaar is, de verstedelijkingsgraad met bijhorende ondoorlatende oppervlakten die maken dat het water niet in de bodem kan dringen en de grondwaterreserves kunnen aanvullen, en de afwezigheid van grote rivieren (afgezien van de Schelde). Vlaanderen en Brussel zijn dus zeer kwetsbaar voor droogte.

Wat zijn de gevolgen van een droogte?

Lage grondwaterstanden, lage rivierdebieten en minder bodemvocht kunnen verstrekkende gevolgen hebben. Gezien de helft van ons drinkwater uit grondwater komt in België, kan niet alleen de (drink)waterbeschikbaarheid in gedrang komen, maar ook de gewasopbrengsten zullen dalen en de industrie en energievoorziening zullen hieronder lijden. Bijvoorbeeld onze kerncentrales gebruiken veel water in hun koelingsproces.

Tijdens een droogteperiode in de zomer komen de gekende maatregelen: het captatieverbod (boeren mogen geen water meer uit rivieren oppompen), verbod op het gebruik van leidingwater om de planten in de tuin water te geven, het zwembad te vullen of de auto te wassen.

Ook meteorologisch kan een droogte belangrijke gevolgen hebben, die we al aan de lijve hebben mogen ondervinden. Een té droge ondergrond kan namelijk hittegolven versterken. Om water in de bodem te verdampen, is er een zekere hoeveelheid zonne-energie nodig (latente warmte). Die energie kan dan niet meer gebruikt worden om de lucht op te warmen (sensibele warmte). Als de bodem droog is, is alle zonne-energie voorhanden om de lucht op te warmen, en krijgen we dus extra hoge temperaturen.

De koppeling tussen bodemvocht, evapotranspiratie (verdamping) en temperatuur met de terugkoppelingsmechanismen (Seneviratne et al., 2012)

Wat brengt de toekomst qua neerslag?

Klimaatprojecties zijn duidelijk: in onze gebieden worden er drogere zomers en nattere winters voorspeld. De kans op droogtes zal dus toenemen.

Dit stelt ons voor belangrijke uitdagingen. Naast het aanpakken van de oorzaak van het probleem door een ambitieus klimaatbeleid dat het gebruik van fossiele brandstoffen terugdringt tot nul, zullen in het waterverhaal ook adaptatie-maatregelen en oplossingen zich moeten aandienen.

Allereerst is de betonstop en bijbehorend duurzaam ruimtebeheer een broodnodige maatregel om regenwater de kans te geven in de bodem te sijpelen en de grondwatertafel aan te vullen. Daarnaast kan er ook meer water opgevangen worden, in regenwaterputten en reservoirs. Dit maakt dat we het water kunnen gebruiken en dat het niet meteen afstroomt via rivieren naar de zee. Er kan ingezet worden op een efficiënter watergebruik in zowel de landbouw en de industrie.

Ook zuiniger omspringen met water is een belangrijke oplossing. Er zit er veel potentieel in het hergebruik en de circulariteit van water in verschillende domeinen. Ten slotte moet er werk worden gemaakt van een goed droogteplan voor Vlaanderen en Brussel.

Efficiënter irrigeren is een mogelijke oplossing voor het waterprobleem (vilt.be)

De toestand van het waterpeil heeft ons de voorbije drie jaar wakker geschud: Vlaanderen en België zijn niet immuun voor de klimaatsverandering. Echter, met de nodige maatregelen en een goed plan, kunnen de ergste gevolgen vermeden worden.

Bronnen

Seneviratne SI, Corti T, Davin EL, Hirschi M, Jaeger EB, Lehner I, Orlowsky B, Teuling AJ. 2010 Investigating soil moisture–climate interactions in a changing climate: a review. Earth Sci. Rev. 99, 125–161. (doi:10.1016/j.earscirev.2010.02.004)

Lander

Door Lander

Postdoc glaciologie/klimatologie aan de ETH Zürich en VUB. Ik woon deeltijds in Zwitserland/België. Afgestudeerd fysisch geograaf aan de KU Leuven / VUB in de specialisatie weer- en klimaat. Sinds jongs af aan gepassioneerd door weer en klimaat focus ik mij binnen het team op het schrijven van weerberichten, blogs en het ontwikkelen van onze weerkaarten.


Verder lezen

Alles bekijken