27 oktober 2019 - 4 min. lezen 5 reacties

In steeds meer skigebieden wordt aan snowfarming gedaan. Dit is een methode om een vroege opening van skipistes te kunnen garanderen, soms wel bij plus 10°C… Is deze methode de innovatie, de toekomst om skigebieden te redden? Of is het letterlijk en figuurlijk ‘over the top’…

Snowfarming in Ruka (Finland). (FB pagina RUKA).

Klimaatverandering treft de skigebieden

Skigebieden gaan de laatste jaren steeds meer gebukt onder beperkt winterweer tijdens het begin van het skiseizoen. De eerste sneeuw valt later, de sneeuwgrens ligt hoger en er valt minder sneeuw. Dit leidt steeds vaker tot uitgestelde openingen van pistes, een meer beperkte capaciteit van liftsystemen en een hoop werk voor de sneeuwkanonnen.

In een gematigd scenario gaat de hoogte met een hoge betrouwbaarheid op meer dan 40 skidagen per jaar (groene bol) duidelijk omhoog. (Marty et al., 2017)

Uit alle klimaatscenario’s is gebleken dat er in de Alpen beduidend minder sneeuw zal vallen op lagere hoogte. Gemiddeld stijgt de sneeuwgrens – per graad stijging – met ongeveer 150 meter. Als je weet dat de gemiddelde temperatuur in Zwitserland reeds 2 graden is gestegen, is de conclusie duidelijk : vooral de lagere gebieden worden getroffen door ‘het langer uitblijven van het witte goud’ omwille van een hogere sneeuwgrens.

Wat betekent snowfarming?

Sinds enkele jaren komt het woord ‘snowfarming’ steeds vaker voor. Deze techniek betekent: sneeuw verzamelen of sneeuw oogsten. De techniek is echter niet nieuw: reeds honderden jaren geleden verzamelden boeren in de bergen sneeuw, die ze dan konden gebruiken om na de winter hun voedsel koel te houden in zogenaamde ijskelders.

Het bedekken van sneeuw met een witte folie. (Kitzbühel Bergbahnen)

Skigebieden hebben deze oude techniek nu overgenomen. Aan het einde van de winter (maart-april) wordt de aanwezige sneeuw in skigebieden bijeen geschoven en verzameld op grote bergen. Nadien wordt er een zeil met een goede isolatie over de berg gelegd om de sneeuw te beschermen tegen de wind, regen en warmte van de lente en zomer.

Na de zomer wordt het zeil dan van de berg gehaald en wordt de sneeuw verspreid over de pistes. Zo creëren de skigebieden een basislaag die een vroegere opening van de pistes toelaat, zonder dat het daarvoor echt moet sneeuwen of de sneeuwkanonnen in werking moeten worden gesteld, die immers vrieskou vereisen.

Zwitsers onderzoek toonde aan dat er ongeveer 70-80% van de sneeuwberg overblijft na de zomer. Dat percentage neemt bovendien nog toe als de berg groter is.

Snowfarming is de toekomst

Skigebieden die snowfarming toepassen, kunnen bepaalde pistes veel vroeger openen. Koploper in de Alpen is het Oostenrijkse Kitzbühel, dat het aantal skidagen zo heeft kunnen verhogen van 140 naar 200, een aanzienlijke stijging. Vooral tijdens het najaar ligt er nu op veel meer dagen een witte, compacte sneeuwlaag paraat.

Witte pistes in een groen-bruin landschap. (Kitzbuhel Bergbahnen)

Met de klimaatverandering in het achterhoofd, ben ik ervan overtuigd dat steeds meer skigebieden deze techniek de volgende jaren zullen toepassen om een vroege start van het skiseizoen te kunnen garanderen. Bovendien is deze methode vrij duurzaam, aangezien de zeilen niet duur zijn, lang meegaan en er ook geen sneeuw wordt bijgemaakt met behulp van water en elektriciteit.

De alpenweides worden weliswaar eerder afgedekt, waardoor sommige kruiden en grassen een beperktere expositie hebben aan (zon)licht, maar negatieve gevolgen ondervinden ze hier niet echt van. Wat we wel in vraag kunnen stellen is of skiën op een witte strook bij 10-20°C in oktober, voor een aanzienlijk prijskaartje, wel nog de kern van ‘winter’sport is… Maar dit is uiteraard weer een heel ander verhaal.

Delen


Verder lezen

Alles bekijken
3

Rol van de AMOC in het veranderende klimaat

21 uren geleden - 7 min. lezen
Opgelet!

Flinke storm mogelijk tijdens Sinterklaasnacht

3 dagen geleden - 5 min. lezen