Wat is orografische neerslag?
Orografische neerslag vormt zich meestal wanneer vochtige stromende lucht gedwongen wordt te stijgen tegen een helling/berg. De lucht koelt daardoor af en vormt neerslag in de vorm van buien of constante regen/sneeuw. Soms kan dit leiden tot overvloedige neerslag wanneer het urenlang op eenzelfde plaats blijft regenen en/of sneeuwen. Orografische neerslag kan voorkomen in elke regio met hoogteverschillen, ook in de Benelux.
- Volg de weerupdates op de voet via Facebook en Twitter
- Volgen jullie al de weerberichten op Youtube?
- Bekijk het weerbericht voor de komende dagen
Deelnemen aan discussie? Ben je geïnteresseerd om deel te nemen als weeramateur of liefhebber van het weer aan het weerforum? Onderaan dit artikel krijg je bliksemsnel & gratis toegang tot alle reacties. Je kan ook je eigen weerfoto’s opladen.
Neerslagvorming
Wolken ontstaan wanneer vochtige lucht condenseert tot waterdruppeltjes. Er is voldoende vocht nodig en een bepaalde temperatuur zodat de lucht het condensatiepunt (dauwpunt) bereikt. Wolkendruppels kunnen vervolgens verder groeien tot neerslag door coalescentie of het Wegener-Bergeron-Findeisen proces.
Er is dus steeds een “iets” nodig om de lucht tot het condensatiepunt te doen krijgen. Dat is meestal afkoeling. Afkoeling ontstaat bijvoorbeeld door stijgende lucht. De lucht zet daardoor uit en koelt af. Er is dus een mechanisme nodig om de lucht de hoogte in te krijgen zodat deze kan afkoelen en condenseren.
Dat kan door bijvoorbeeld door een temperatuurcontrast zoals bij een koude- of warmtefront. Maar het kan ook door een onstabiele atmosfeer en differentiële opwarming gekend onder de naam convectie. Een derde mogelijkheid is gedwongen lift door botsing tegen een barrière. Wanneer dat bergen/heuvels zijn spreken we over orografische neerslagstuwing! Orografische neerslag kan zowel stratiform zijn (in het geval van een stabiele atmosfeer) als convectief (in het geval van een onstabiele atmosfeer).
Opstuwing tegen bergen
Wanneer vochtige lucht van een weersysteem langs een berg omhoog beweegt, koelt deze af tot hij condenseert in waterdamp en cumuluswolken vormt. Deze produceren neerslag, orografische neerslag.
Soms kan er ook over een kleine afstand van de berg/heuvelkam neerslag vallen, de zogenaamde overschietende neerslag. Dat gebeurt vooral wanneer er veel wind staat.
Aan de lijzijde van de berg is de lucht beduidend droger (er is veel vocht verdwenen uit de aangevoerde lucht aan de loefzijde) en zorgen de dalende luchtbewegingen voor een extra uitdroging en opwarming. Dat is het zogenaamde neerslagschaduw-gebied. Het welbekende föhn-effect zorgt hier vaak voor brede opklaringen en hogere temperaturen.
Bekende orografische neerslaggebieden
Een zeer bekende bergketen die vaak fungeert als neerslagvanger is de Alpen. Vooral de zuidkant van de Alpen vormt tijdens het najaar het decor van overvloedige neerslag wanneer vochtige luchtmassa’s vanaf de Middellandse Zee tegen de bergflanken opstroomt (stuw ~ stau). Gekend onder de naam “Südstau” levert dit dan regen (en sneeuw in de bergen!) dumpen op van formaat.
Maar ook het Centraal-Massief en de Apennijnen worden tijdens het najaar vaak getroffen door overvloedige orografische neerslag. Denk maar aan de “Episodes Cevenol“. Tijdens de wintermaanden komt er dan ook soms een “Nordstau” voor waarbij er vooral veel orografische neerslag valt aan de noordkant door de opstuwing van koude luchtmassa’s. Dat zorgt voor de traditionele sneeuwdumps in de staugebieden zoals Engelberg Titlis, Avoriaz, Arlberg, op de Zugspitze, …
Ook in Schotland en in Scandinavië valt de invloed van de bergketens steevast op. Eigenlijk moet je er maar een neerslagkaart bijnemen en je kan de bergketens er op aanduiden.
Denk bijvoorbeeld ook aan de moesson-regens die jaarlijks voorkomen in het zuidwesten van Azië. Tijdens de zomermaanden warmt het land sneller op en ontstaat er lagedruk. Vervolgens zorgt de zeewind (hogedruk boven de oceaan) voor de aanvoer van vochtige lucht die vervolgens opstroomt tegen de Himalaya. Het resultaat is orografische neerslag.
Woestijnen liggen vaak aan de lijzijde van een neerslagvangend gebergte. Een mooi voorbeeld is de Tabernas woestijn in Spanje (zie bovenstaande kaart in het zuidoosten van Spanje) of de Atacama woestijn in Chili. Bij die laatste houdt de hoge Andes alle neerslag tegen die van het oosten komt, met de oostelijke passaat.
Orografische neerslag in de Benelux
In de Benelux treedt er soms orografische neerslag op, met name in de Ardennen maar ook langs en op de lagere heuvels. Als je de gemiddelde neerslagkaart van België bekijkt zie je meteen de Ardennen er bovenuit steken. Het is daar niet alleen kouder (meer condensatie), er ontstaat ook vaak opstuwing tegen de heuvelflanken van de Ardennen.
Bemerk ook vooral de neerslagpiek langs de grens met Frankrijk. In die regio komt de meest voorkomende zuidwestenwind de eerste keer in contact met het bergmassief.