Waarom is het vaak zonniger aan de kust?
Als inwoner aan de kust of als toerist heeft u het vast en zeker al meegemaakt. Op de nationale TV wordt helemaal geen mooi weer aangekondigd voor de kust. Eénmaal ter plaatse schrikt u zicht een hoedje. Helderblauwe luchten langs het strand en verderop in het binnenland talrijke wolkenvelden. Als u tijdens de zomermaanden vaak aan de kust vertoeft zal u het zeker en vast al wel eens gemerkt hebben. Het is vaak zonniger aan de kust dan in het binnenland. Maar wat is daar precies de oorzaak van?
- Volg de weerupdates op de voet via Facebook en Twitter
- Volgen jullie al de weerberichten op Youtube?
- Bekijk het weerbericht voor de komende dagen
Deelnemen aan discussie? Ben je geïnteresseerd om deel te nemen als weeramateur of liefhebber van het weer aan het weerforum? Onderaan dit artikel krijg je bliksemsnel & gratis toegang tot alle reacties. Je kan ook je eigen weerfoto’s opladen.
Deel jouw eigen passie? Ben je geïnteresseerd om als vrijwilliger weergerelateerde artikels te schrijven? Contacteer ons dan via [email protected]
Waarom is het zonniger aan de kust?
Microklimaat aan de kust
Zeebries tijdens de zomer
De kustregio’s hebben te maken met een eigen microklimaat. In de zomermaanden is het er vaak heerlijk vertoeven wanneer het puffen en zweten is in het binnenland onder invloed van tropische temperaturen. Wanneer het zeer warm wordt en de aflandige wind niet te strak waait komt er immers vaak een verkoelende zeebries tot stand.
De zeebries voert dan frisse zeelucht aan van over de Noordzee, wat de temperaturen tempert. Als de wind echter te strak waait vanuit het binnenland kan er geen zeebries ontstaan, en kan het ook aan de kust tropisch warm worden. Dat was bijvoorbeeld het geval vorig jaar in juli, toen de temperaturen ook langsheen de kustgebieden ruim boven 30°C uitkwamen.
Kustconvergentie in het najaar
In het najaar, wanneer de zeetemperaturen soms hoger liggen dan de temperatuur over land, ontstaan er in onstabiele situaties vaak onweersbuien boven de kust, terwijl het in het binnenland droog blijft. Door het warme zeewater is de onstabiliteit dan hoger boven zee dan over land, waardoor buien in de kustregio makkelijker ontstaan. Dit proces noemen we kustconvergentie en is typisch voor het najaar.
Vaak gaan zulke onstabiele situaties aan de kust ook gepaard met het ontstaan van spectaculaire waterhozen langs de kust.
Zonniger en droger aan de kust
Een zeer specifiek verschijnsel binnen het microklimaat aan de kust is het aantal uren zonneschijn en de neerslaghoeveelheid. Het is namelijk vaak zonniger aan de kust en er valt ook beduidend minder neerslag op jaarbasis vergeleken met het binnenland. Dat heeft verschillende oorzaken.
Zeetemperaturen en de vorming van stapelwolken
Een eerste reden voor het zonnigere weer aan de kust is het effect van de zeewatertemperaturen op de vorming van stapelwolken. In het voorjaar en tijdens de zomer is het zeewater relatief koud ten opzichte van het land. Water heeft een zeer grote warmtecapaciteit, waardoor het lang duurt vooraleer dit kan opwarmen. De zeewatertemperaturen pieken meestal in het najaar (rond augustus, september), aangezien de zee dan tijd genoeg heeft gehad om op te warmen onder invloed van de zon.
Door de relatief lage temperaturen van de zee tijdens het voorjaar en de zomer komen stapelwolken minder snel tot stand langsheen de kust in vergelijking met het binnenland. Het land warmt dan veel sneller op o.i.v. de zon, vergeleken met de zee. Daardoor ontstaan er in het voorjaar en tijdens de zomermaanden veel makkelijker stapelwolken over het land dan aan de kust en is het vaak zonniger aan de kust.
In zulke typische situaties kan het helder zijn langs de kustlijn, terwijl er enkele kilometers verderop over land talrijke (stapel)wolken voorkomen. Bovendien staat er aan de kust vaak een aflandige wind, waardoor gevormde stapelwolken snel het binnenland ingeduwd worden. Over het algemeen leidt dit ertoe dat de zon jaarlijks zo’n 200 uren extra schijnt aan de kust, t.o.v. het binnenland!
Doordat er veel minder stapelwolken ontstaan aan de kust tijdens de zomer en het voorjaar is het er ook vaak droger. Stapelwolken groeien immers vaak uit tot warmte-onweders in het binnenland. Deze komen dus veel minder voor aan de kust, zeker in situaties waarbij de wind van over zee waait. Als de wind van over het land komt, kunnen onweersbuien de kust wél bereiken. Aan de kust valt er gemiddeld dan ook veel minder neerslag dan elders, tenzij in het najaar wanneer de warme zeewatertemperaturen meer buien triggeren.
Wind drijft storingen het binnenland in
Een belangrijke bijkomende factor is de dominante windrichting en de aanvoer van storingen. Onder invloed van lagedrukgebieden worden frontale systemen meestal vanaf het westen aangevoerd richting het binnenland. Dat betekent dat storingen het eerst de kustregio’s bereiken en vervolgens het binnenland intrekken, waar ze vaak ook blijven treuzelen. De kustregio’s zitten daardoor vaak het eerst in de opklaringen, waardoor het vaak zonniger aan de kust is, terwijl het op hetzelfde moment nog bewolkt is en kan regenen in het binnenland.