1

De meteorologische lente van 2024 verliep in zijn geheel dan wel (veel) zachter dan normaal in België en Nederland, toch heerst de perceptie dat het dit jaar niet wil lukken met de hoge temperaturen. We zijn in een patroon verzeild geraakt waarbij wisselvalligheid dominant is en hoge temperatuuruitschieters spaarzaam zijn. Ondertussen is de meteorologische zomer van start gegaan (1 juni), maar liggen de temperaturen op bescheiden waardes. Blijft dit zo? Waarom kampen we met koeler weer? En wat is het verschil met vorig jaar?

Deelnemen aan discussie? Ben je geïnteresseerd om deel te nemen als weeramateur of liefhebber van het weer aan het weerforum? Onderaan dit artikel krijg je bliksemsnel & gratis toegang tot alle reacties. Je kan ook je eigen weerfoto’s uploaden.

Nat maar zacht

De cijfers van de lente zijn duidelijk: het was nat en zacht. Op sommige plaatsen viel 2x de normale neerslagsom en qua temperatuur lagen we meer dan 1°C boven normaal. Dat kwam vooral door de zachte minima. Niet geheel onlogisch. Als de wind veelal over zee komt of/en er veel wolken worden aangevoerd, koelt het ‘s nachts minder af. Nat/bewolkt gaat dan ook vaak samen met hogere minima.

Lagedruk ten noorden van de Benelux in April

Waarom was het dan zo nat en bleven de hoge temperaturen in april vaak uit? We hadden te maken met een grote anomalie betreffende de geopotentiaal en de luchtdruk. Een keten van lagedruk lag in april vaak tussen de Britse Eilanden en de Baltische Staten. Aan de zuidkant van deze lagedrukzone hadden we veelal te maken met vochtige lucht vanaf het west-zuidwesten. Dit zorgde voor regenzones, en milde lucht van over zee, zonder uitschieters.

Luchtdrukafwijking in april 2024.

Hogedruk dominant in het noorden in april 2023

De situatie was vorig jaar heel anders. Toen lag hogedruk krachtig boven het noorden van Scandinavië en hadden we vaak te maken met (noord)oostenwind. Er viel evenwel iets meer neerslag, en het was iets warmer dan normaal.

Luchtdrukafwijking in april 2023.

Lagedruk over en ten (noord)westen van de Benelux in mei

Mei bracht voor West-Europa weinig verandering. Tussen hogedruk op de Atlantische Oceaan en hogedruk bij Finland lagen we opnieuw onder de invloed van lagedruk. Het resultaat? Regenzones en buiig weer. Wisselvallig dus. Met een dominante west-zuidwestenwind was de aangevoerde lucht vrij mild (vooral tijdens de eerste helft van de maand) en lagen vooral de minima hoog. Op basis van onderstaande kaart is het ook duidelijk waarom Scandinavië na een koude winter een record zachte mei-maand kreeg. De wind zat hier vaak in de zuidoosthoek met luchtaanvoer uit Zuidoost Europa.

Luchtdrukafwijking in mei 2024.

IJsland ligt al wekenlang onder de invloed van Arctische lucht uit het noorden en kampt daardoor nog steeds met “winterweer” in de meteorologische zomer.

Zoals we eerder al schreven is het wisselvallige weer wel uitstekend nieuws voor de alpengletsjers. Deze hebben momenteel veel meer sneeuw dan het gemiddelde in de periode 2010-2020.

Hogedruk dominant in mei 2023

Mei 2023 verliep heel anders met veel minder neerslag(dagen) en normale temperaturen. Dit is logisch te verklaren door het overheersende drukpatroon met hogedruk tussen de Britse Eilanden en de Baltische Staten. Met deze configuratie stond er vaak een O-N wind die droge en gematigde lucht aanvoerde.

Luchtdrukafwijking in mei 2023.

SSW, El Niño en warm zeewater

(1)

Wat is dan de reden voor dit persistente drukpatroon en de (overvloedige) regen? De oorzaken zijn zoals altijd niet eenduidig. Wellicht hebben de warme oceanen er mee te maken. De Atlantische Oceaan is veel warmer dan normaal. Warmer zeewater kan meer vocht leveren wat op zijn beurt kan zorgen voor meer regen. Anderzijds is luchtaanvoer over een warmere oceaan ook warmer dan wanneer het zeewater warmer is …

(2)

Een andere reden die wellicht meespeelt, is de aflopende El Niño. Reanalyses van historische weerkaarten tonen dat een voorjaar na een El Niño gemiddeld iets natter is. De reden hiervoor zou een depressiebaan zijn op ongeveer 50°N vanaf de Stille Oceaan naar West-Europa. Door meer hogedruk in het noorden en een zuidelijke straalstroom liggen we hierbij voortdurend onder de invloed van depressiegeweld met de bijhorende regen, terwijl de uitdrogende invloed van hogedrukgebieden zoals het Azorenhoog (te) beperkt is.

Afwijking van de 500 mb geopotentiaal hoogte. De bovenste twee kaarten tonen het gemiddelde voor lentes na een El Niño-winter. De onderste kaart toont de situatie van dit jaar.

(3)

Een derde reden die mogelijk heeft bijgedragen / bijdraagt zijn de 4! SSW’s die we sinds januari kregen. Een SSW zorgt meestal voor meer hogedruk in het noorden en meer lagedruk op lagere breedtegraden. Precies wat El Niño eveneens lijkt te veroorzaken in het voorjaar. Dit alles betekent een grotere kans op lagedrukgebieden in de buurt van West-Europa.

De conclusie hier mag dus zijn dat de combinatie van natuurlijke variabiliteit (El Niño, SSW), pech (pure variatie van het weer) en klimaatverandering (warmere oceanen, meer vaste patronen) het weerpatroon van de voorbije weken en maanden heeft veroorzaakt.

Wordt het warmer komende 2 weken?

De grote vraag is nu, wanneer komt er verandering in het patroon? Schuift het Azorenhoog verder op naar het oosten en zorgt het op die manier voor stabieler en warmer weer? Of ontwikkelt er zich een Eurohoog met warmer weer? Een blik op de weerkaarten leert ons dat dit niet meteen zal gebeuren. Het patroon blijft muurvast. Een lage 500 hPa geopotentiaal hoogte, lage luchtdruk, blijven dominant rond West-Europa. Als gevolg blijft de wind meestal uit de W-N hoek waaien en blijven de hogere temperaturen nog steeds uit.

Afwijking van het 500 hPa vlak op maandag 10 juni.

Wanneer wordt het dan wel warmer? Op basis van de weerpluim is de kans op “lager-dan-normale” temperaturen tot en met de tweede decade van juni groot. Bovendien lijkt het volgende week ook opnieuw wisselvalliger te worden.

Weerpluim van GFS voor de komende 16 dagen.

Delen


Verder lezen

Alles bekijken