Sneeuw: hoe ontstaat deze neerslagsoort?
Momenteel zitten we midden in een winterse situatie. Een tweetal fronten brachten ons zowel op zondag als op maandag flinke sneeuwval. Maar hoe ontstaat deze neerslagvorm nu precies? En waarom komt sneeuw praktisch alleen in onze meteorologische winter voor.
- Ontdek de winterdienst van MeteoSupport
Hoe ontstaat sneeuw?
In de lucht bevindt zich altijd een zekere hoeveelheid vocht. Soms is het heel klam weer, dan zit er veel vocht in de lucht. Maar bij heel helder en droog weer bevat de lucht juist weinig vocht. Dit vocht komt in onze atmosfeer op twee manieren voor: waterdamp en waterdruppels. Wolken bestaan uitsluitend uit waterdruppels omdat het op enige hoogte te koud is voor waterdamp.
Op onze breedtegraad zijn de hogere delen van de atmosfeer echter zo koud, dat wolken in veel gevallen geheel uit ijskristallen (vaste vorm van waterdruppels) bestaan. Zelfs in de zomer bestaat het grootste deel van de wolken die we vanaf het aardoppervlak zien, uit ijs.
Aanvankelijk zijn de ijskristallen vrij klein en zo licht dat ze blijven zweven in de lucht. Naarmate een wolk verder uitgroeit, gaan meerdere kristallen aan elkaar ‘plakken’: de sneeuwvlok is geboren. Op een gegeven moment zitten er zoveel ijsdeeltjes aan elkaar, dat de vlok te zwaar is geworden om te blijven zweven in de lucht. Ze valt naar beneden. Aangezien dit proces in een wolk op grote schaal plaatsvindt, vallen er tienduizenden sneeuwvlokken tegelijk naar beneden.
Sneeuw of regen?
Temperatuurverloop in luchtkolom
Nu hangt het maar net van de temperatuur onderweg af, of de vlok ook als ‘sneeuw’ het aardoppervlak kan bereiken. Ligt de temperatuur in de gehele luchtkolom vanaf de wolkenbasis tot aan het aardoppervlak beneden het vriespunt, dan zal het sneeuw zijn. Wanneer de temperatuur tot ongeveer 500 meter hoogte boven nul ligt, zal de neerslag aan het aardoppervlak (op zeeniveau) als regen vallen.
Deze situatie is ook vaak genoeg buiten het winterseizoen van toepassing op het weer in de Benelux: de neerslag begint bovenin als sneeuw, maar zal de grond bereiken als regen. Maar midden in de winter, wanneer het grootste deel van de luchtkolom kouder dan het vriespunt is, kan er dus ook sneeuw vallen in de Benelux.
Smeltende sneeuw
Wanneer de temperatuur in de onderste 100 tot 200 meter boven nul ligt en daarboven onder het vriespunt, is er sprake van smeltende sneeuw. Bij deze situatie weten de sneeuwvlokken niet volledig te smelten tot regendruppels, maar wel net voldoende om hun ‘droge’ karakter te verliezen.
Dit type neerslag zien we veel frequenter in de Benelux, ook buiten het winterseizoen. Vooral wanneer de aangevoerde lucht onstabiel en (op grote hoogte) koud is, bevatten de bijbehorende buien vaak deze neerslagvorm.