Opwarming van de aarde
Wanneer men spreekt over ‘de opwarming van de aarde’ bedoelt men de stijging van de gemiddelde temperatuur die op aarde wordt waargenomen. De afgelopen eeuw steeg de temperatuur met maar liefst 0,74°C. Een deel van de zonnestralen wordt opgenomen door het land en het water op aarde waardoor deze worden verwarmd. Bijna de helft van deze infraroodstralen worden teruggekaatst naar de ruimte. Er zijn echter gassen, broeikasgassen, die de terugkaatsing tegenhouden.
Bijgevolg isoleren deze gassen de aarde waardoor er een gemiddelde temperatuur van 14°C aanwezig is in tegenstelling tot de -19°C die we zouden hebben zonder deze gassen. Hier loopt het echter fout! De laatste jaren worden teveel broeikasgassen zoals CO2 (komt vrij bij de verbranding van fossiele brandstoffen) geproduceerd waardoor de terugkaatsing van infraroodstraling wordt tegengehouden. Gevolg: de temperatuur van de planeet stijgt want de warmte blijft binnen de atmosfeer hangen.
Enkele opmerkelijke gevolgen:
1. Smelten van het poolijs
Het ijs op de Noordpool bevindt zich gedeeltelijk op het land en gedeeltelijk op het water. IJs dat op de oceaan drijft en smelt veroorzaakt geen verandering in het zeeniveau. IJs dat smelt vanaf het vasteland doet dit wel. Net zoals de temperatuur in de atmosfeer stijgt, stijgt ook de temperatuur in de oceanen omdat water warmte lang kan vasthouden en traag afkoelt. Doordat het poolijs in contact komt met de warmere lucht en het warmere zeewater begint het te smelten.
Langzaamaan stijgt het zeeniveau waardoor laaggelegen gebieden wereldwijd dreigen onder te lopen. Tijdens een tiental warme zomerdagen dit jaar verdween het poolijs aan een duizelingwekkende snelheid van 150 000 km³ per dag! Aan deze snelheid verwacht men dat het ijs (zo’n 8,5 miljoen km³) verdwenen is tegen 2030. Een stijging van 3°C zou een zeespiegelstijging van 5m betekenen.
2. Koudere winters in Europa
Wetenschappers stellen dat de afname van het poolijs een directe invloed heeft op de wind in die regio. De ijsvrije delen van de oceaan aan de Noordpool warmen de lucht op waardoor een hogedrukgebied ontstaat dat de koude lucht naar Europa stuwt. Gevolg: de zachte westenwind wordt tegengehouden en we krijgen strengere winters.
3. Smelten van gletsjerijs
Gletsjers zijn ijsmassa’s die op het land gevormd wordt en zich bergafwaarts beweegt. Gletsjers zorgen samen met de Antarctische en Groenlandse ijskap voor ongeveer 90% van al het zoet en dus drinkbaar water op aarde. Ze bedekken zo’n 15 miljoen km² en bevatten 29 miljoen km³ ijs! Door de opwarming van de aarde neemt hun oppervlakte geleidelijk aan af.
4. Toename van overstromingen
Door de toename van de temperatuur verdampt meer water dat zich kan omzetten in hevige regenval en zware stormen met overstromingen tot gevolg. Maar ook de ontbossing speelt hierbij een rol: in ontboste gebieden wordt het water niet langer opgenomen door bomen en baant zich dus een weg over het land waarbij de grond wordt meegesleurd. Bomen zijn bovendien ook nuttig om CO2 (koolstofdioxide) om te zetten in O2 (zuurstof).
5. Grote droogtes en bosbranden
Gebieden zoals Afrika en Australië hebben altijd droge streken gekend. Door de opwarming van de aarde bereiden deze gebieden echter nog sneller uit. Denk maar aan de uitbreiding van de Sahara of de verdroging van het Tsjaadmeer van 26 000 km² naar 1500 km². Ook op andere plaatsen is de droogte groot waardoor bosbranden gemakkelijk ontstaan (al dan niet aangestoken), denk maar aan Spanje, Portugal, Canarische Eilanden, Chili…
6. Invloed op ecosystemen
Dat de klimaten veranderen staat intussen wel vast. Het tempo waarmee de verandering plaatsvindt is echter zo snel dat ecosystemen (planten en dieren) zich niet snel genoeg kunnen aanpassen wat betekent dat bepaalde soorten planten en dieren reeds of bijna met uitsterven bedreigd zijn.
- Meer informatie? Check onze Facebook (NoodweerBenelux)