Weertendens maart 2018 (deel 1)
Februari 2018 zal de boeken in gaan als een winterse maand. Vooral richting het einde zorgde de aanvoer van Siberische lucht voor lage temperaturen, zeer lage gevoelstemperaturen en enkele records. Nu het maart is, verlangen steeds meer mensen naar de lente. De meteorologische winter is dan wel voorbij, het kan nog steeds flink koud worden. Na 16 weken “Winterse Signalen” gaan we vanaf deze week over op “weertendensen”. Zo kunnen we een mooie overgang maken tussen de zoektocht naar winterse signalen en de zoektocht naar lenteweer.
Lentekriebels of toch nog winter?
Om te beginnen toon ik graag onderstaande grafiek. Februari was bijna over de gehele lijn kouder dan normaal. Als oorzaak van vooral de laatste koudeprik wordt verwezen naar de Polar Vortex. Ik kom hier nu nog eventjes op terug (de laatste keer deze winter) alvorens we tot pakweg oktober afscheid nemen van deze populaire term.
Ik probeer het zo kort mogelijk en toch eenvoudig uit te leggen. Tijdens de winter komt de zon niet boven de horizon aan de noordpool en wordt het daar bijzonder koud. Aan de evenaar blijft de temperatuur min of meer constant over de seizoenen. Het temperatuurverschil tussen de noordpool en evenaar is tijdens de winter dus veel groter. Om dit temperatuurverschil op te lossen wil er warmte getransporteerd worden van de evenaar naar de noordpool. Aangezien de aarde draait (in tegenwijzerzin) beweegt de lucht niet recht naar de noordpool, maar wordt deze afgebogen naar het oosten.
Zo ontstaat een cirkelvormige band met zeer sterke luchtstroming rond de noordpool. Die band noemen we de Polar Vortex. Als deze krachtig is, ligt deze band zeer zonaal (west-oost). Als deze band zwakker is, gaat deze meer schommelen. Je kan het zien als een tol. Draait een tol snel, dan is deze zeer stabiel. Draait deze traag, dan schommelt de tol. Deze februari zagen we een instorting van de Polar Vortex waardoor de band volledig werd doorbroken. De ijskoude lucht aanwezig bij de noordpool kon zo doordringen naar het zuiden in plaats van in het noorden te blijven. Het gevolg was duidelijk: Siberische lucht recht naar Europa.
Sneeuwdek in Eurazië
Onderstaande kaarten tonen de vergelijking tussen de sneeuwbedekking in Eurazië vorig jaar (links) en dit jaar (rechts). Wat opvalt is dat het sneeuwdek dit jaar veel meer is uitgebreid naar het westen. Zuid-Oost Europa (Balkan) is volledig bedekt met sneeuw alsook grote delen van Centraal-Europa en Groot-Brittannië. De plukjes in Spanje komen overeen met de zogenaamde Sierra’s waaronder ook de Sierra Nevada, daar later meer over. Het ijs (gele kleur) lijkt sterk op vorig jaar, enkel ten westen van Groenland is dit beduidend kleiner. De Oostzee is meer dichtgevroren dit jaar. De grote sneeuwbedekking richting Europa kunnen we zonder twijfel toeschrijven aan de winterprik van februari.
Graag toon ik ook onderstaande kaart. De maximale sneeuwomvang van dit jaar is hoogstwaarschijnlijk bereikt. Volgende dagen zorgt de oprukkende zachte lucht voor grootschalige smelt.
Zeewatertemperaturen
De temperatuur van het zeewater rond Europa is duidelijk lager dan normaal. Ook hier is de winterprik van de afgelopen week de oorzaak van. Wat betekent dit voor de volgende weken? Een lagere temperatuur van zeewater bevat minder energie. In principe zouden de maartse buien en aprilse grillen dit jaar bij exact dezelfde weerkaart minder intens zijn dan normaal. Of we dat echt gaan merken is nog maar de vraag. Bovendien kunnen enkele zonnige lentedagen de temperatuur van het zeewater al snel tot de normale waarden verhogen. Bemerk ook de zeer hoge temperaturen op voor de oostkust van de VS.
Tijdens de periode 19-25 februari (oké het is al even geleden) had de Noordzee een gemiddelde temperatuur van 2-4°C. Rond Denemarken en het IJselmeer lag de temperatuur van het water onder het vriespunt. Het IJselmeer is bijna helemaal bevroren en leek wel de Scandinavische Oostzee.
AO- en NAO-index
De AO-index en NAO-index zijn momenteel sterk negatief. Dat komt overeen met de hoge luchtdruk over Groenland en de lage luchtdruk over het zuidwesten van Europa. De indices zijn nog steeds ideaal voor winterweer. We zien echter dat een krachtige depressie gestationeerd is voor de kust van Frankrijk/Groot-Brittannië terwijl deze voor winterweer veel meer naar het zuidoosten zou moeten liggen.
Lucht uit het zuidwesten bereikt de volgende dagen ons land en die is uiteraard een pak zachter. Op de langere termijn zien we zowel de NAO- als AO-index stijgen richting neutraal (waarde 0). De krachtige depressie blijft wel rondtollen waardoor hogedrukweer bij ons nog niet meteen aan de orde is. Op basis van deze twee variabelen zeg ik: kwakkelend weer.
De luchtdruk boven de Golf van Biskaje en voor de kust van Frankrijk blijft tot half maart aan de lage kant (<1013 hPa). Zolang dat blijft zullen we alvast niet in de hoge druk terecht komen en domineert een westcirculatie. De depressie blijft daar als het ware rondtollen maar geraakt geleidelijk wel wat opgevuld.
De straalstroom
Ligt de straalstroom ten zuiden van ons, dan hebben we meestal kouder weer dan normaal. Ligt de straalstroom ten noorden van ons, dan is het vaak zachter dan normaal. Momenteel zien we de straalstroom nog steeds gepositioneerd boven het Iberisch Schiereiland en het noorden van Afrika. Wij zitten dus aan de koele kant. Tegelijk krijgt bijvoorbeeld Spanje (en ook Marokko) zeer veel neerslag te verduren.
Gebieden in Andalusië, vaak gezien als het droogste gebied van Europa, krijgen en kregen 10 keer zoveel neerslag als in een normale maand maart. In de Sierra Nevada met bergen tot 3400 meter levert dat bijzonder veel sneeuw op. Uiteraard goed voor het skitoerisme daar…! Voor half maart zie ik niet meteen weertendensen die de straalstroom naar het noorden stuwen.
Wat zeggen de weerkaarten?
Kijkend naar de weerkaarten zien we de hele week een depressie gestationeerd boven de westelijke Atlantische Oceaan (voor de kust van Frankrijk-Spanje). Dit levert voor ons land een dominerende zuidwestenwind op met af en toe regen. Op de pluimverwachting zien we stevig gekwakkel. De dagen met lagere temperaturen komen overeen met een iets oostelijker gelegen lagedrukgebied en daardoor een west-noordwestenwind.
De dagen met hogere temperaturen (richting volgend weekend) komen overeen met een meer westelijk gelegen lagedrukgebied en daardoor een dominerende zuidenwind met lucht van over de Middellandse Zee. Droog en zonnig lenteweer staat nog niet meteen op de kaarten. Maar het lentegevoel zal tijdens de zonnige en zachtere momenten (tot 10°C) wel zeker aanwezig zijn. ‘s Nachts zal het vriespunt bij opklaringen nog regelmatig in de buurt komen.
We zien richting volgend weekend ook wel een sterk stijgende neerslagkans. De opstuw van zachte lucht gaat dus gepaard met regen, mogelijk veel regen.
Conclusie
Komende week temperaturen overdag tussen 8 en 11°C en ‘s nachts rond of iets boven het vriespunt. Richting het einde van de week zorgt een opstuw van zachtere lucht mogelijk voor hoge temperaturen voor de tijd van het jaar, maar de kans op neerslag zou dan ook toenemen.
Zonnig lenteweer staat nog niet meteen op het programma, hernieuwd winterweer ook niet. Toch moeten we een slag om de arm houden. GFS komt al een paar dagen met hogedrukopbouw boven Scandinavië tijdens het tweede deel van de maand. Mogelijk levert dat weer lagere temperaturen op… Genoeg voer om te discussiëren dus onder dit artikel.