Arctisch en Antarctisch zee-ijs bereiken minimale en maximale omvang
Het Antarctische zee-ijs heeft dit jaar zijn op één na kleinste maximale omvang bereikt sinds 1979. Tegelijkertijd bereikte het Arctische zee-ijs op 11 september een van de laagste zomerwaardes ooit, de zevende laagste. De uitzonderlijk lage zee-ijsuitbreiding op beide polen zorgde ervoor dat de wereldwijde zee-ijsbedekking de afgelopen zes maanden bijna een recorddieptepunt bereikte. Bovendien is het zee-ijs opmerkelijk dun waardoor het totale ijsvolume op een tweede laagste waarde ooit staat.
- Weerliefhebber? Volg ons via X en Facebook
- Volg de interessante weerberichten op Youtube
Deelnemen aan discussie? Ben je geïnteresseerd om deel te nemen als weeramateur of liefhebber van het weer aan het weerforum? Onderaan dit artikel krijg je bliksemsnel & gratis toegang tot alle reacties. Je kan ook je eigen weerfoto’s uploaden.
Antarctisch zee-ijs bereikt maximale omvang
Wetenschappers gebruiken al tientallen jaren satellietgegevens om de jaarlijkse cyclus van de groei en het smelten van het zee-ijs op de polen te volgen. Dit jaar bereikte de omvang van het Antarctische zee-ijs zijn jaarlijkse maximum van 17,2 miljoen km², op 19 september.
Dit is de op één na laagste waarde in een satellietrecord van 46 jaar geleden en 1,6 miljoen km², kleiner dan het gemiddelde maximum van 1981-2010. Het NSIDC waarschuwt echter dat er “enige onzekerheid is in de schatting en datum van het maximum als gevolg van een storing in de invoerbrongegevens” tussen 12 en 18 september. Dit is ook te zien aan de kleine onderbreking in de grafiek van de eerste figuur.
Opvallende jaarlijkse gang van het Antarctische zee-ijs
Op 20 februari 2024 bereikte Antarctica zijn jaarlijkse minimum, gelijk aan dat van 2022, wat het tweede laagste minimum is in het 46-jarige satellietrecord. Tijdens maart groeide de zee-ijsuitbreiding op Antarctica langzaam. In april groeide het zee-ijs relatief gelijkmatig, terwijl het in mei trager toenam dan gemiddeld, maar wel sneller dan in het recordjaar 2023. In juni bleef de ijsuitbreiding ruim onder eerdere jaren, met meer dan 2 miljoen km² onder het gemiddelde van 1981-2010, maar nog steeds 500.000 km² boven het uitzonderlijk lage niveau van 2023.
Tegen juli naderde het ijsniveau dat van 2023, met 2,1 miljoen km² onder het gemiddelde. In augustus versnelde de groei tot 1,5 miljoen km² per dag, een van de hoogste groeipercentages ooit gemeten. Eind augustus bedroeg de zee-ijsuitbreiding echter 16,86 miljoen km², het op één na laagste niveau ooit gemeten op die datum.
Regime shift van Antarctisch zee-ijs
Er wordt nu volop onderzoek gedaan om te begrijpen of het Antarctische zee-ijs een “regime shift” aan het ondergaan is. Lange tijd werd er immers geobserveerd dat het zee-ijs rond Antarctica relatief stabiel was of zelfs toenam.
Maar de afgelopen twee jaar keerde dit volledig met een zeer sterke terugtrekking van het Antarctisch zee-ijs. Onderzoek suggereert dat de opwarming van de oceaan hierbij een belangrijke rol heeft gespeeld. Bovendien zijn ook aanwijzingen te zien van veranderd gedrag van het zee-ijs. Dat suggereert dat de onderliggende processen die de bedekking van het Antarctische zee-ijs controleren, veranderd kunnen zijn. Steeds vaker bereikt warmer oceaanwater het oppervlak, wat het ijs doet smelten en verdere ijsvorming verhindert.
Arctisch zee-ijs bereikt minimale omvang
Op 11 september 2024 bereikte het Arctische zee-ijs zijn jaarlijkse minimum van 4,28 miljoen km², wat de zevende laagste waarde is in het 46-jarige satellietrecord. De afgelopen 18 jaar kende de laagste 18 zee-ijsuitbreidingen in het noordpoolgebied in het satellietrecord. De minimale omvang blijft die van 2012.
Jaarlijkse gang van zee-ijs rond de Noordpool
Op 14 maart had het noordpoolgebied zijn maximale zee-ijsuitbreiding, de 14e laagste in het satellietrecord. Dit maximum was 640.000 km² kleiner dan het gemiddelde van 1981-2010, ondanks gunstige windomstandigheden. Begin april nam het ijs met 278.000 km² af. In mei zorgden sterke oostenwinden voor een recordlage ijsuitbreiding in de Hudsonbaai.
In juni trok het ijs langzamer terug dan gebruikelijk, en juli zag een snel verlies van 113.000 km² ijs per dag. Eind juli had het noordpoolgebied de op twee na laagste ijsuitbreiding ooit. Het snelle ijsverlies ging verder in augustus, maar vertraagde aan het einde van de maand door minder zonlicht en lagere temperaturen. Eind augustus was de ijsuitbreiding 4,55 miljoen km², de vierde laagste ooit gemeten.
Steeds dunner ijs
Natuurlijk doet niet alleen de omvang van het zee-ijs er toe, maar zeker ook het volume (omvang x dikte). Het Arctische zee-ijs is dit jaar “ongewoon dun” geweest. Het noordpoolgebied heeft daardoor “ongewoon lage zee-ijsconcentraties” gezien, waarbij het ijs meer verspreid is en er meer open water te vinden is tussen de ijsschotsen.
Dit heeft geleid tot een bijna record laag totaal volume aan Arctisch zee-ijs. Onderzoek toont aan dat natuurlijke variabiliteit heeft bijgedragen aan het waargenomen ijsverlies, vooral in het begin van de 21e eeuw. Maar het onderzoek toont ook aan dat interne variabiliteit alleen het ijsverlies niet volledig verklaren. Door de mens veroorzaakte broeikasgasemissies zijn noodzakelijk om een zo groot ijsverlies in het noordpoolgebied te verklaren.