Kunnen felle winterse buien woensdag voor een sneeuwverrassing zorgen?
Aan de achterzijde van een lagedrukgebied, dat dinsdag over de Benelux trekt, wordt geleidelijk koelere lucht aangezogen. Zowel aan de grond als hogerop in de atmosfeer wordt het een stuk koeler. Door het scherpe contrast tussen de bovenluchten (-35°C op 5.5 km hoogte) én het relatief warme zeewater, ontstaan gemakkelijk winterse buien. Deze kunnen naast onweer en korrelhagel ook (natte) sneeuw aan boord hebben. Tijdens een fetch (straat) van zulke winterse buien is een tijdelijk sneeuwdek dan ook niet uitgesloten.
- Weerliefhebber? Volg ons via X en Facebook
- Volg de interessante weerberichten op Youtube
Deelnemen aan discussie? Ben je geïnteresseerd om deel te nemen als weeramateur of liefhebber van het weer aan het weerforum? Onderaan dit artikel krijg je bliksemsnel & gratis toegang tot alle reacties. Je kan ook je eigen weerfoto’s uploaden.
Aanvoer van polaire lucht uit het noorden
In de loop van de nacht van dinsdag op woensdag en woensdag komt de buiencarrousel op gang vanuit het noordwesten. De bovenluchten worden steeds kouder en schommelen op 5.5 km hoogte rond -35 graden. Het zeewater is in het Kanaal en de Noordzee nog relatief zacht voor de tijd van het jaar met zeewatertemperaturen tussen 12-14 graden. Dit geeft maar liefst een verschil van bijna 50 graden! Dit grote verschil zorgt voor stijgbewegingen met als resultaat zeer felle buien met onweer en/of korrelhagel op zee.
Dat grote contrast uit zich dan ook in de vorming van onstabiliteit (CAPE). Boven zee ligt de onstabiliteit boven 1000 J/kg, dat zijn waarden die niet mis zouden staan in de zomer! Boven land neemt de onstabiliteit af, maar ook daar staat nog steeds voldoende onstabiliteit om de buien in stand te houden (500 J/kg). De windschering ligt tevens aan de lage kant.
Niet elke regio zal evenveel winterse buien krijgen
In een noordwestelijke stroming ligt het Verenigd Koninkrijk vaak in de weg voor België, het zogenaamde schaduweffect van Engeland. De buien vanuit het noorden moeten dus eerst over een groot stuk land trekken (VK) waardoor de buien aan kracht verliezen en uiteindelijk verdwijnen. Het Kanaal is vaak te klein om nog felle buien te genereren, waardoor de minste neerslag verwacht wordt in het uiterste westen van België en langs de Franse grens. Voor die regio moet de stroming meer uit het noorden komen.
De meeste buien zijn dus weggelegd voor Nederland en het noorden/oosten van België. Verschillende weermodellen laten een buientrein ontstaan boven België en het zuiden van Nederland (meerdere buien over dezelfde locatie) en in zulke gevallen kunnen verrassingen ontstaan. Door isothermie kan het kwik immers zakken naar temperaturen tussen 0-1 graad, waardoor accumulatie tijdelijk kan plaatsvinden. In de Ardennen valt dan natuurlijk gewoon sneeuw. Ook langs de kustgebieden is de kans op natte sneeuw klein door een aanlandige wind uit het noordwesten die zachte lucht aanvoert.
- Meer informatie over isothermie: HIER
De timing van de buienstraten is nog sterk onzeker. Het Nederlandse weermodel (HARMONIE) komt pas in de late voormiddag met een buientrein in het zuiden van Nederland/noorden van België om dan verder te intensiveren in de namiddag. Tegen de avond zouden de buien dan opnieuw wegtrekken richting het oosten.
Het Franse weermodel heeft een andere timing. Daar komt een eerste impuls van winterse buien (hagel, onweer, natte sneeuw) al in de ochtendperiode van woensdag. Later volgt dan een tijdelijk drogere periode (vooral in België), maar in de namiddag vormt zich een nieuw gebied met felle buien die geleidelijk richting het zuiden/zuidoosten trekt. Ook dan is opnieuw kans op onweer, hagel of natte sneeuw.
Tijdens die buienstraten kan het kwik snel zakken door isothermie, zoals eerder vermeld. Beide weermodellen laten het kwik in de buiengebieden zakken richting 0-2 graden. Dat is voldoende om natte sneeuw te genereren, zeker in de hoger gelegen gebieden. Of het daadwerkelijk zo ver komt, hangt natuurlijk af van de mate van isothermie. Iets meer wind en dat proces gebeurt minder effectief waardoor de neerslag een meer vloeibare vorm behoudt. Als het proces optimaal gebeurt, dan is een tijdelijk (drap)dekje niet uitgesloten.
Echter, het Duitse weermodel is niet zo happig op de buienstraten en laat het overwegend droog blijven in een groot deel van België. De focus van de buien ligt daar noordelijker met vooral in (het zuiden van) Nederland winterse buien.
Donderdag opnieuw droger
De winterse wisselvalligheid is maar van korte duur. Op donderdag wordt het tijdelijk opnieuw rustiger met een afname van de buien in een groot deel van de Benelux. Enkel het noorden en de kustgebieden blijven gevoelig voor enkele winterse buien (onweer, hagel, natte sneeuw), al is de kans op tijdelijke accumulatie wel kleiner.
De komende uren volgen we de situatie natuurlijk goed op en we updaten jullie ook via de reacties onderaan dit artikel!